Poltergeist

Meneer was even een boodschapje doen toen het gebeurde: de vaas viel van de tafel en brak in duizend stukjes. Ik kon er niks aan doen, echt niet, het ding kukelde gewoon spontaan om. Een poltergeist misschien. Nog voor ik alles had opgeruimd hoorde ik de voordeur alweer opengaan. Het bloed steeg me naar de wangen. Op mijn knieën veegde ik de laatste scherven met borstel en blik bij elkaar. Die akelige plavuizen ook, dat gaf voor geen meter mee, alles viel er in gruzelementen. En waarom zo’n grote dure vaas op de tafel als er toch geen bloemen in stonden?

Lees meer »

Buurman en buurvrouw

Nadat sneeuw en ijs waren gesmolten, het waterpeil eindelijk gezakt was tot normaal, en de winter een flink eind was gaan fietsen, kwam de lente tevoorschijn die meteen als zomer voelde. Er vloog een hommel door de tuin.

Lees meer »

Russisch roulette in De Pijperette

Op zijn rammelende karretje sprintte Kees-Jan Bakema de stad door, zijn naam als razende reporter waarmakend. Hij droeg zijn snelle broek, strak om de benen, krap in het kruis, geel met groene stiksels. Zwart jackje met capuchon erboven, op zijn rug een tas met notitieblok, pen en een klein maar scherp fotograferend cameraatje. De Pijperette, daar was hij naar op weg, daar was het allemaal te doen. Wát wist hij niet precies, maar dat zou zichzelf wijzen, had zijn baas Gerard Bontenbal gezegd. Bontenbal was chef stadsnieuws met jarenlange ervaring en een neus voor stadse bijzonderheden waar de lezers telkens weer van opkeken: branden, ongelukken, overvallen, maar ook klein leed als katten in te hoge bomen, platgereden egeltjes, of schoolpleinen met een wespenplaag. En nu dus De Pijperette, een kroeg in West. Iets met Russisch Roulette had Bontenbal Kees-Jan nog nageroepen.

Lees meer »

Samira

Samira kende ik al een paar jaar. Op een regionaal kantoor van een bekende bouwmarkt voerde ze de leiding over de afdeling communicatie. Aan het einde van ieder kalenderjaar huurde ze mij in om aan de slag te gaan met het inhoudelijke jaarverslag. Ik was zzp’er met een tekstbureautje en deed de klus graag, want het was overzichtelijk en betaalde goed. Bovendien konden Samira en ik het goed met elkaar vinden.

Lees meer »

Vrouwentongen

Ik lag op mijn rug in het gras en boven mij strekte zich het uitspansel uit met alles wat daarin is. Het was helder blauw met hier en daar een wolkje niet groter dan de vuist van een volwassen man. Ik wist niet dat het eind september nog zo zomers kon aanvoelen, de herfst zat al in mijn systeem. Ik verwachtte wind en regen en verlangde naar dikke truien en regenpakken. In plaats daarvan was ik naakt, althans van onderen. Cora deed het lief met haar gretige mond en haar puntige tong. Het liefst had ik mijn dijen wijd gespreid, maar het broekje om mijn onderbenen belette dat. Ik zat in een karretje van de achtbaan dat omhooggetrokken werd om me vervolgens in de diepte te storten. Het hoogtepunt zat ‘m paradoxaal genoeg niet in het hoogtepunt, maar in de val erna omlaag. Niet mijn hart zat in mijn keel, nee, mijn kut, mijn gebefte kut. Van de weeromstuit duwde ik Cora’s hoofd dieper in mijn kruis en kermde de vogels uit de struiken. Daarboven in de hemel, die ik niet meer kon zien vanwege mijn dichtgeknepen ogen, keek God mee. Hij glunderde.

Lees meer »

Vlinder achterna

Geruisloos kroop het treintje de berghelling op, aan weerszijden bomen, hoge stammen met een kruin. Nou ja, geruisloos, voor zover een treintje met metalen wielen op metalen rails geruisloos kon zijn. Het open raampje deed mijn haren wapperen, ik zat alleen in de coupé, de laatste reizigers, en dat waren er al niet veel, waren een kilometer of wat uitgestapt bij een pittoresk stationnetje. Ik reed door naar het eindpunt ergens in de middle of nowhere. Er waren daar alleen maar bossen zei de kaart. Ik hield van bossen.

Lees meer »