
Op de dag van mijn profetie zocht en riep Aphrodite mij, maar ik had mij verstopt in de spleet van moeder aarde. Ieder mens weet dat de moederspleet voor een gewone sterveling de veiligste plek is. Waag het alleen niet moeders clitoris te beroeren, want niet alleen verraadt haar gekreun dan dat jij daar zit, je kunt ook verzuipen in haar stroperige geile vocht.
Aphrodite riep dus, of eigenlijk krijste ze. Je kent haar hysterische buien. Zeker als ze menstrueert, kan ze gillen als een gekkin. Toch was ze niet ongesteld.
‘Vanille!’ donderde haar stem die niet veel goeds voorspelde. ‘Kom tevoorschijn, serpent!’
Mij serpent noemen, puh, wat een kreng, dat noemde zich de godin van de liefde.
‘Als je niet een twee drie hier komt, laat ik je kut dichtplakken met ductape!’
Praatjes, gewoon praatjes, ik kende haar dreigementen. Praatjes vullen geen gaatjes. Daar heb je andere dingen voor nodig. Zo was ik laatst in een Alpenwei waar een jonge boerenknecht langskwam die naar vers gemaaid gras rook. Ja, die vulde gaatjes, en hoe!
‘Ik hang een molensteen om je nek en gooi je in de Middellandse Zee, gore teef!’
Teef? Pardon. Goor? Ik?
Ik dook wat dieper weg in moeders spleet. Het gras bovenaan de rand wuifde als groen gekleurd schaamhaar in de wind. Ontspannen ging ik achteroverliggen met mijn handen onder mijn hoofd. Aphrodite kon krijsen tot ze een ons woog, mij vond ze niet. Ik tuurde naar boven naar de blauwe lucht waar een wolk in de vorm van een langgerekte penis voorbijdreef. Onwillekeurig spreidde ik mijn benen en zuchtte. Wat hielp beter om Aphrodites dreiging op afstand te houden dan een heerlijke pot masturberen. Ik streelde mezelf waar ik het liefst gestreeld wilde worden. Moeders klit moest je dan mijden, die van mij vormde juist het middelpunt van het universum.
Wat ik niet moest doen was mezelf rijk rekenen. Terwijl ik juist wat vaart maakte met mezelf te vingeren kwamen de klap en de lichtflits. Vervolgens de hand die me in mijn nek greep. Ik wist toch dat ik me niet, niet echt, voor Aphrodite kon verstoppen?
‘Wat ben je daar verdomme aan het doen,’ riep ze hysterisch en met rood aangelopen gelaat. ‘Kun je niet één keertje zonder die vulgariteiten?’
Ik verstond vulvariteiten en moest ondanks de penibele situatie toch lachen. O, wat was ze mooi als ze boos was, Aphrodite. De rimpel in haar voorhoofd was als de plooi van haar schaamlippen. Een tijdje terug, toen ze milder was, had ik ze geproefd, haar ziltige labia.
Met geweld sleepte ze me nu uit mijn moeders spleet naar de oppervlakte. Daar lag ik, naakt als een herboren mensenkind met tietjes en een zompige schede. Vrouwelijk naakt om op te eten. Of af te likken. Daar leek me Aphrodite niet voor in de stemming.
Met haar hand om mijn keel duwde ze me tegen de grond, aangenaam was het niet, maar van Aphrodite kon ik het hebben. Door haar woede heen klonk op de een of andere manier een soort genade, haar kwaadheid was nooit het eindpunt.
‘Het is klaar, Vanille, afgelopen, uit.’ Ze sprak met consumptie, ik voelde een spatje spuug op mijn bovenlip belanden en likte het weg.
‘Die verhalen van jou worden steeds smeriger. Het is je reinste pornografie.’
‘Erotiek, bedoel je, het is niet meer dan wat sensualiteit.’ Mijn stem klonk afgeknepen. Aphrodite schudde driftig haar rode hoofd.
‘Expliciete seks, expliciete handelingen. Porno dus. Stop daarmee, dat heb ik al zo vaak gezegd. Wij zijn van de romantiek, de liefde, het zachte, het lieve. Je naam zegt het al, Vanille, of ga je voortaan door het leven als ranzige pornoslet? Zeg op, want als dat zo is, dan verstoot ik je naar de heetste woestijn waar je zult wegkwijnen van dorst en seksuele onthouding.
Typisch Aphrodite met dat overdreven dreigen. Ze moest kalmeren, opletten dat haar bloeddruk niet omhoog zou schieten. Met wat rekken lukte het mijn handen op haar borsten te leggen. Ze waren groot, stevig en aangenaam warm.
‘Denk maar niet dat ik daar intrap, dame, laat me onmiddellijk los!’
Ik gehoorzaamde niet en kneedde lustig door.
‘Hoor je niet wat ik zeg?’ Haar stem klonk al rustiger, ze sloot haar ogen, liet mijn keel los en streelde mijn haar.
‘Lekker?’ Ze hoefde geen antwoord te geven, natuurlijk vond ze het lekker.
‘En dit?’ Mijn vingers streelden de lippen tussen haar benen die zich warm en vochtig openden. Ik begon haar tepels te zuigen.
Toch stribbelde ze tegen, de overgang van boos naar geil had misschien ook wat té rooskleurig geleken.
‘Z wil je spreken, Z gaat je aanpakken,’ riep ze opgewonden. Het is Z, ik ben slechts zijn boodschapper, zijn spreekbuis. Z voert de profetie uit.’
Z? Zeus? Mijn god, toch niet Zeus? Ik trok meteen mijn handen van Aphrodite af. Zeus! Hoezo Zeus? Ik was maar een eenvoudige sterveling, een verhaaltjes schrijvende pennenlikster met erotische fantasieën tot voorbij de horizon. Hoezo de god der goden?
‘Zijn spreekbuis?’ riep ik uit, ‘zijn pisbuis bedoel je zeker. Jij pist zijn gezeik uit, net zo makkelijk, Aphrodite met je tieten!’ Nu was het mijn beurt om boos te doen, hoewel ik heus wel wist dat Aphrodite gewoon een opdrachtje uitvoerde, het loopmeisje van de zaak.
‘Zeus gaat je aanpakken,’ herhaalde ze zachtjes, afwezig haast. Ze lag op haar rug in het warme gras, de benen opgetrokken, haar schaamlippen verlokkelijk wijkend. Ik boog me eroverheen, snoepte van haar geil en begon te vingeren.
Zeus woonde buitenaf in een boerderijtje met een ingedeukt rieten dak. Een koe en wat geitjes bewoonden een rommelig veldje aan de achterkant. Een uitgeholde boomstam vormde de drinkbak voor de beesten. Ik kwam er vaak langs op mijn weg naar de velden en de meren waar je je kunt verpozen, soms kon je dan Zeus zelf bezig zien op zijn rommelige erf. Met houthakken of onkruid wieden of happend van een of andere bloedworst. Hij negeerde voorbijgangers en voorbijgangers negeerden hem. Het plebs interesseerde hem niet, en het plebs was bang voor de onvoorspelbare en wispelturige oppergod. Nu was ik door hem op het matje geroepen, er dreigde wat, ik stond zenuwachtig te prutsen aan zijn hekje dat niet open wilde. Een straffe wind rukte aan de wijde gele jurk die ik van Aphrodite had geleend. Normaal gesproken was ik naakt, maar wie zich moest melden bij Zeus kon maar beter gekleed gaan.
‘Wat mot je!’
Verdomme, hij had me al gezien, zijn bebaarde gezicht verscheen voor het dakraam.
‘Vanille,’ riep ik boven de wind uit, terwijl ik met mijn handen mijn jurk omlaag hield.
‘Vanille wat?’
‘Vanille de verhalenvertelster, u weet wel, van Vanille Vrijt Verder.’
‘O, die sekssite.’
‘Verhalensite,’ verbeterde ik. ‘Beetje erotiek, een snufje sensualiteit,’ vulde ik aan. Maar mijn woorden verwaaiden in de wind die mijn jurk onfatsoenlijk hoog optilde.
‘De deur is los.’ Zijn gezicht verdween bij het raam en ik klom zenuwachtig over het hekje heen.
Het rook muf binnen, er hing spinrag en er stonden besmeurde laarzen op de kale kokosmat die aan mijn blote voetzolen kriebelde. Wat nu, dacht ik. Boven kraakte de vloer.
‘Meneer, eh, Zeus,’ piepte ik.
‘Boven! De trap op.’
Dat klonk logisch, maar toch aarzelde ik. Een bordeauxrode loper met vlekken liep over de traptreden omhoog.
‘Nou, waar blijf je?’
Tree voor tree besteeg ik de trap. De trapleuning kleefde. Halverwege stootte ik mijn grote teen tegen iets hards dat met veel lawaai omlaag rolde. Een asbak, een fucking volle asbak. Wie zet dat op de trap!
‘Wat doe je?’ Hij stond bovenaan in niet meer dan een flodderige onderbroek. Zijn behaarde pens bulkte eroverheen.
‘Niks,’ loog ik.
‘Je hebt een rijke fantasie, meisje, je kunt zelfs een naar beneden sodemieterende asbak reduceren tot niets. Kom omhoog, maakt voort.’
Ik volgde hem een kamertje in waar het bloedheet was en waar een tweepersoonsbed stond met zwarte spijlen aan het hoofd- en voeteneind. Het zweet liep tappelings langs mijn hoofd, de achterkant van de jurk voelde nat. Op de plek waar de oppergod op het bed zat, zakte het matras in.
‘Vertel.’ Hij had grote bruine ogen, zware zwarte wenkbrauwen en een enorme baard. Zijn hele lijf was overdadig behaard.
‘Aphrodite zei…’ begon ik.
‘Aphrodite zegt zoveel. Maar jij, wat zeg jij, jij bent een verteller.’
Ik knikte. ‘U vindt het te pornografisch, zegt Aphrodite.’
‘Jij brengt de hoofden van mensen op hol met je verhalen. Lopen ze de hele dag geil rond. Komen ze nergens anders meer aan toe. Dat kan niet.’
‘Nee,’ zei ik schor. Ik betwijfelde of het waar was, maar om Zeus tegen te spreken durfde ik niet.
‘Neem Hera, mijn vrouw, godin van de hemel, zij is avond aan avond de klos als ik voor het slapengaan zo’n seksstory tot mij neem. Dan moet ik even, of zij zin heeft of niet.’
Ik knikte begripvol.
‘Als ik haar vervolgens goddelijk bevredigd heb, is mevrouw content, maar ze moet wel steeds een drempeltje over.’
Ik zweeg.
‘Ze zijn gewoon te lekker, je hebt een betoverende pen.’ Hij wees naar een pak papier dat als een waaier over het kussen lag. ‘Ze zijn verslavend, ik heb alle 119 verhalen gelezen. Bij elkaar een dik boek. Het is te veel, de lezer verzuipt erin. Hoe jij over seks schrijft, is bijna beter dan hoe het in het echt is.’
Gaf hij me nu een compliment? Ik kwam hier toch om gestraft te worden? Zeus zou de profetie ten uitvoer brengen.
‘Maar nu jij hier bent, de veroorzaker van al dat fraais, moet je zelf aan de bak.’
‘Hoe bedoelt u?’ vroeg ik onzeker.
‘Voorlezen! Je gaat mij voorlezen met die erotiserende stem van je, met die flirterige glimlach om je lippen, en in je blootje.’
Ik fronste mijn wenkbrauwen.
‘In je blootje,’ herhaalde hij en strekte zich aan de linkerkant van het ledikant uit, handen onder zijn hoofd. Zijn royale okselhaar was nat en sliertig, zijn borst- en buikhaar krulde vochtig, boven de rand van zijn onderbroek woekerden uitwassen van zijn schaamhaar als duindoorn in stikstofrijk duinlandschap. Het moest in die onderbroek een ware jungle zijn. In het overwoekerde bos lag zijn penis verborgen te wachten. Een wolf die wacht op zijn prooi. Was ik Roodkapje?
Ik richtte me op de papierbundel en herkende in de vetgedrukte letters de titels van mijn verhalen. ‘De barbier van Cagliali’, ‘The Scarlet Tiger’, ‘De vrouw met de kajak’. Bij dat laatste verhaal schraapte ik mijn keel.
‘Nee, nee,’ zuchtte Zeus ongeduldig, ‘in je blootje.’
Ik wachtte tot hij zijn ogen weer sloot, trok razendsnel de gele jurk uit en ging op mijn buik liggen, de papieren voor mijn neus. Eenmaal aan het voorlezen raakte ik verzeild in het verhaal en vergat de wereld om me heen. Af en toe wiste ik het zweet van mijn voorhoofd om te voorkomen dat het in mijn ogen liep. ‘De vrouw met de kajak’ begint redelijk rustig, maar al spoedig komen er wat pikanterietjes om de hoek kijken, zoals de man die zijn erectie probeert te verbergen en de vrouw die zich tussen de benen laat kijken.
“Haar lange benen liepen over in een keurig getrimd kruis met geprononceerde schaamlippen…” las ik. Zeus pakte mijn hand en legde die op zijn onderbroek. Het laat zich raden wat ik daar voelde. Alsof er niets aan de hand was, alsof er niets onder mijn hand was beter gezegd, liet ik mijn hand liggen en las verder.
Mijn verhalen zijn als seks, de opwinding neemt toe hoe verder je komt. Zo las ik verderop “De subtiele beweging van haar linkerarm die langs haar lichaam lag, zag ik niet, maar voelde ik des te meer. Ze had haar hand tegen mijn penis gelegd en sloot haar vingers eromheen, losjes, alsof het per ongeluk gebeurde. Zachtjes gleden mijn handen over haar ruggenwervel en mijn stijve door haar vingers.”
Mijn verhalen zijn fictie, maar met mijn hand op Zeus’ gezwollen geslachtsdeel, kwam de werkelijkheid wel heel dichtbij. Voor ik wist wat ik deed, zat mijn hand in zijn onderbroek en omvatten mijn vingers zijn stevige geslacht. Eraan trekken was een klein stapje dat ik gedachteloos nam. Gedachteloos, maar in de wetenschap dat eenvoudige handelingen kunnen leiden tot iets groters, iets dikkers, iets harders, iets stijvers. God, wat een ding, wat een goddelijk ding.
Met schorre stem las ik: “Ze had haar aftrektaak weer opgevat en mijn mond had haar vulva gevonden.” Direct na die zin voelde ik Zeus’ vinger. Zijn vooruitgeschoven vinger. Het was het begin van de profetie, dat voelde ik op mijn klompen aan. Ik huiverde.
Ik las door met onvaste stem. De oppergod was nu achter me, zijn dreigende gestalte hing over mijn rug, zijn klamme lijf straalde als een kacheltje, de talloze zwarte haartjes op zijn borst gleden langs mijn rug. Mijn stem kraste als een kraai:
“Ze kroop bovenop me… dat wil zeggen, ze koos positie met mijn hoofd tussen haar… benen, zodat ik haar zachte natte schaam… lippen kussen kon – of kusten ze mij? Het was hoe dan ook een… afscheidskus, want ze schoof vervolgens omlaag over mijn borst…, mijn buik, een slakkenspoor van… vaginale vochten achterlatend, tot diezelfde lippen mijn doorbloede… eikel kusten – of mijn eikel haar doorbloede lippen likte – om dan als een gulzig mondje… mijn kloppende geslacht op te slokken. De eindspurt was ingezet…”
‘Godallemachtig,’ kreunde Zeus in mijn oor, zijn stijve schuivend tussen mijn billen. Hij was zwaar, zweterig en zwoel. ‘Godallemachtig, goddelijk wijf. Ik wil je hebben, ik wil je palen als een hengst.’
Het was de profetie. Me ertegen verzetten had geen zin en het was het laatste wat ik wilde. Mijn wang kleefde aan de papieren, voorlezen was geen optie meer met mijn ogen dicht. Zeus trok mijn benen uit elkaar en worstelde zijn dikke vette pik achterlangs in mijn druipende lusthof en paalde me als een hengst. Mijn tietjes ving hij in zijn kolenschoppen van handen en hij bekneep ze hardhandig, fel gedreven door zijn motor van lust. De soppende geluiden van onze gulzige paring bevestigden de beestachtige seks waarin we ons wentelden. Zeus had zijn kipje en hij zou haar laten kakelen met zijn toverstaf die niet alleen mijn schede betoverde, maar alles wat en wie ik was en ooit zou zijn.
Trillend van inspanning en genot kwam ik klaar met gesmoorde gilletjes, Zeus nog driftig pompend op mijn rug. Afgaand op zijn extatische snuiven en steunen kon zijn spuiten niet lang meer uitblijven, en nog maar net was die gedachte door mijn verhitte hersenpan geschoten of de god der goden stopte zijn porren, trok zich slurpend terug, legde zijn vlees in mijn bilnaad en sproeide onder ondefinieerbaar gebrabbel zijn warme sperma op mijn onderrug.
‘Lekker,’ was het eerste woord dat ik verstond, ‘heerlijk’ het tweede. Hij bromde het in mijn oor terwijl hij sabbelde op mijn oorschelp.
Was dit het nu, was dit nu de lang gevreesde profetie, een neukbeurt door Zeus geïnspireerd door een van mijn eigen verhalen? Bleef ik leven, belandde ik niet in het dodenrijk, werd ik niet getroffen door een verzengende bliksem?
Hij was naast me komen liggen en wreef zijn afkoelende zaad uit over mijn rug en billen, alsof ik nog niet nat genoeg was.
‘Je neukt zoals je schrijft, vrouwtje, ik snap wel waar die verhalen vandaan komen. Zijn vingers streelden mijn aars, hij beet in mijn schouder.
‘En de profetie?’ piepte ik benauwd.
‘Simpel,’ sprak Zeus met zijn zware bas. Hij masseerde een vinger in mijn achterste. ‘Je bent gedoemd om voor de eeuwigheid je ranzige vertelsels op te schrijven. Er is één verschil met voorheen: je schrijft ze voor mij, en iedere ochtend kom je mij voorlezen met die geile stem van je.
‘In mijn blootje?’ durfde ik te vragen.
‘In ons blootje,’ bevestigde Zeus. ‘En lees er nu nog maar eentje voor, alsjeblieft.
Ik bladerde door de verfomfaaide papieren. Mijn oog viel op ‘Volgens het protocol’.
Ik las: “De man ter rechterzijde had zijn lege rechterhand onder haar rok gestoken, zoekend, vindend, voelend.” Zeus luisterde aandachtig, zijn vinger in en uit bewegend.
Nog een verhaal lezen geïnspireerd door de Griekse mythologie?Linksaf of rechtsaf
Reactie plaatsen
Reacties
Heerlijk verhaal, de klassieke verhalen omturnen in een nog wulpsere en spannender versie. Ga zo door Vanille.