
Opgehokt. Zo voelde Bas zich in het studentenhuis. Een kamertje van drie bij vijf en met twaalf man/vrouw een keuken, badkamer en wc delen. Het zou nooit gaan wennen, wat er ook gezegd werd. Niks spannend studentenleven, niks de tijd van je leven; voor Bas was dit pure survival. Het contrast met de boerderij waar hij vandaan kwam, kon niet groter. De ruimte daar, de vrijheid, de natuur. Hij miste het vreselijk, had voortdurend last van heimwee, dacht vaak aan zijn vader en moeder, en natuurlijk aan de beesten, de negentig koeien die hij allemaal bij naam kende.
Zijn huisgenoten, wat deden die in hemelsnaam? Op studeren kon hij ze niet betrappen. In de gemeenschappelijke woonkamer, waar het altijd een rommeltje was, hing jan en alleman op de afgetrapte banken, vrijwel altijd met flessen bier in de hand, welk tijdstip van de dag het ook was. Doordeweeks zorgde Bas ervoor dat hij zoveel mogelijk elders was: in de universiteitsbibliotheek, in de collegebanken, in de sportzaal. De grootste opluchting kwam als hij terug naar huis kon, naar de boerderij. Waar zijn moeder heerlijk kookte en het huis aan kant had, waar zijn vader vertelde over de koeien en hun melkproductie.
Daar in het kleine boerendorp ontmoette hij ook Rosalien, zijn vriendinnetje. Ze zat nog op de middelbare school, maar later, als Bas en Rosalien waren uitgestudeerd en een goede baan hadden gevonden, zouden ze trouwen. Het huis van Bas’ ouders was groot genoeg om bij ze in te trekken. Als er kinderen kwamen, dan zou zijn moeder een fijne oppas zijn. De toekomst zag er goed uit voor Bas en Rosalien. Ze hielden van elkaar. Op zondagen maakten ze hand in hand lange wandelingen door de drooggevallen uiterwaarden van de rivier. Het viel Bas zwaar als hij op zondagavond weer moest vertrekken naar de universiteitsstad.
Op een maandagochtend ergens in november, de tweede studieperiode van het jaar was net ingezet, volgde hij college bij mevrouw Tempel, hoogleraar landbouwtechnologie en biodiversiteit. Ze hield een uiterst boeiende presentatie. Komend weekend zou hij zijn vader erover vertellen. Hij was zo onder de indruk, dat hij mevrouw Tempel er na afloop een compliment voor gaf, hoewel dit nogal tegen zijn verlegen aard inging. Hij voelde dat hij bloosde, maar hij bloosde zo vaak.
‘Dat vind ik heel attent van je, eh...’ Mevrouw Tempel keek hem vragend aan en stak haar hand uit.
‘Bas, Bas de Boer.’ Hij schudde haar koele slanke hand. Iets te lang misschien, maar hoe lang duurt het schudden van een hand? Wanneer laat je weer los? En wat doe je als de ander niet loslaat? Want dat was wat er aan de hand was. Het schudden was al klaar, maar mevrouw Tempel liet niet los.
‘Liesbeth,’ zei ze, ‘Liesbeth Tempel.’ Haar glimlach had iets moederlijks. Ze had vast kinderen en zo beschouwde ze hem natuurlijk ook. Een jongetje van nog geen twintig die haar blozend een compliment kwam geven.
‘Is dat Bas van Sebastiaan? Zo heette mijn vader namelijk.’ Ze hield nog steeds zijn hand vast.
‘Klopt.’ Moest hij zich misschien lostrekken? ‘Sebastiaan is mijn doopnaam.’
‘En bevalt het je hier aan de universiteit, Sebastiaan? Het enerverende studentenleven, eindelijk op eigen benen staan, eindelijk volwassen worden.’
Elk stukje zin leek ze kracht bij te willen zetten door even zachtjes in zijn hand te knijpen.
‘De studie is interessant, mevrouw, maar de rest vind ik maar zo zo. Ik woon met elf anderen in een studentenhuis. Niet zo fijn.’
Ze had lange slanke vingers waaraan een drietal ringen zaten. Ze keek hem met haar diepbruine ogen indringend aan.
‘Verre van ideaal, Sebastiaan, maar misschien wel gezellig? Misschien zit er een leuk meisje tussen. Of jongen. Ik weet natuurlijk niet...’ Ze keek hem vragend aan. En in plaats van zijn hand los te laten legde ze haar linkerhand bovenop de twee andere. Ook aan die kant drie ringen.
Bas schudde zijn hoofd. Hij had alleen een complimentje willen geven, maar voelde zich ongemakkelijk bij alle aandacht van mevrouw Tempel. De collegezaal was leeg op de hoogleraar en hemzelf na. Ze boog haar hoofd naar hem toe.
‘Luister eens,’ sprak ze zacht, ‘als je wil, heb ik thuis nog een pracht van een kamer te huur: ruim, rustig, goed internet, vriendelijke hospita. Ik woon alleen.’
Waar had hij het aan verdiend, dacht Bas bij de bezichtiging. De zolderkamer was enorm, al grotendeels ingericht, en maakte deel uit van een prachtige villa in de Mozartlaan, omringd door een gigantische tuin, en op fietsafstand van de uni. En dat voor de helft van het geld in het studentenhuis.
‘Ik doe wel een beroep op je voor klusjes en karweitjes in en om het huis. Mijn baan is druk, ik heb er geen tijd voor en heb niemand om op terug te vallen,’ stelde Liesbeth. ‘Ben je handig? O, en kun je koken? Dat lijkt me namelijk ook wel fijn. Samen eten stel ik op prijs, en samen koffie of thee drinken. Ik bedoel, als je er toch bent.’
Een week later was Bas over. Vanuit een luie fauteuil overzag hij zijn nieuwe domein en voelde hoe het warme gevoel van geluk door zijn lichaam vloeide. Uit dankbetoon aan zijn hospita bereidde hij zijn succesvolste gerecht - pasta met een groenteprutje - in de luxueuze eetkeuken. Wat een wereld van verschil met die smerige keuken van de studentenflat. Zelden had Bas netter een tafel gedekt als nu in zijn nieuwe thuis.
In de tuin plukte hij de laatste paarse herfstaster en zette die in een glaasje naast het bord van Liesbeth. Of Elizabeth, zoals hij haar in gedachten noemde. Dat paste meer bij Sebastiaan.
‘Wat lief!’ Compleet verrast aanschouwde Liesbeth de feestelijk gedekte tafel waarop Bas ook nog twee kaarsen had aangestoken. ‘Ik heb iets moois in huis gehaald.’
Voordat Bas het wist, had hij op elke wang een klinkende zoen te pakken. In de schemerachtige keuken viel gelukkig minder op hoezeer hij bloosde. Zijn hart klopte snel in zijn borstkas. Wat was het fijn om iemand blij te maken. Elizabeth had iets moois in huis gehaald. Ze bedoelde hem. Hij zuchtte van tevredenheid.
‘Dan schenk ik een heerlijke vin rouge.’ Liesbeth pakte een fles en glazen uit een keukenkastje.
‘Proost, kok Sebastiaan, op ons samenzijn!’ Ze tikten de glazen tegen elkaar.
‘Proost, Elizabeth, eet smakelijk.’ Ze namen een slok.
‘Zei je nou Elizabeth?’ Liesbeth hield haar hoofd scheef. Bas bloosde weer.
Ze aten de pan leeg en dronken de wijn op. Onderwijl praatten ze, Liesbeth voornamelijk, kletsten eerder. Anders dan in haar college bleek ze een enorme flapuit. De wijn speelde zeker een rol. Ook bij Bas, want hoewel hij van huis uit wat stilletjes was, wist hij zijn mannetje te staan in het gesprek met zijn hoogleraar. Hij had ontzag voor haar autoriteit, maar hier aan tafel maakte hij nadrukkelijk kennis met haar authentieke zelf, de professor ontdaan van haar wetenschappelijke kledij, teruggebracht tot haar naakte essentie. Terwijl Bas dat dacht, verschoot hij weer van kleur en kwebbelde Liesbeth met volle mond.
Er was meer dan praten. Bas keek zijn ogen uit. Hoe oud zou ze zijn? 35? 38? Haar kastanjebruine krullen dansten mee op het ritme van de bewegingen die ze maakte. De onderarm die de vork met pasta naar haar mond bracht, de brede mond met de stevige lippen, de mond met de rechte tanden, de geopende mond waarin ze telkens stukjes eten naar binnen stopte, de malende kaken die haar wangen lieten bewegen, haar ogen die zich dan weer tot spleetjes sloten, en zich dan weer wagenwijd opensperden, de wenkbrauwen die meebewogen, haar tong die langs de lippen likte; Bas kwam ogen tekort voor dit aantrekkelijke schouwspel van mimiek.
Ze liet hem achter met de rommel in de keuken. Er moesten nog stukken doorgenomen worden voor morgen. Ze had deadlines nodig om scherp te zijn.
Bas maakte zonder morren de keuken aan kant. Hij deed het graag, hij had het zijn lieve moeder zo vaak zien doen. Zijn ouders hadden hem zijn leven lang voorgeleefd wat het goede was, dat je je dienstbaar moest maken als dat verwacht werd. Dus ruimde Bas de tafel af, de vaatwasser in en het aanrecht op. Vervolgens zette hij koffie en bracht een kopje naar Liesbeths werkkamer. Ze zat gebogen over een pak papier en reageerde pas toen bij het neerzetten het lepeltje rinkelde op het schoteltje.
‘Sebastiaan, je hebt koffie gezet! Wat lief!’ Ze pakte Bas’ hand en gaf er een kneepje in. Van verstandhouding, dacht Bas, of nee, van genegenheid misschien wel. Hij daalde de trap dansend af. Zijn hart maakte sprongetjes van vreugde. Hij voelde zich gelukkig.
Eigenlijk zou hij nog hard aan het werk moeten, door de verhuizing had hij een leesachterstand opgelopen in zijn studieboeken. Na zijn koffie zou hij douchen en op zijn schitterende zolderkamer, lekker liggend in bed, een paar hoofdstukken bestuderen.
Toen hij eenmaal met natte haren en in een schone pyjama onder zijn dekbed lag in het tweepersoonsledikant overviel Bas onvermoede vermoeidheid. De slaap kwam sneller dan verwacht. Aan de studiestof lag het niet dat hij zijn ogen nauwelijks open kon houden, die was interessant genoeg, maar het lukte gewoon niet meer. Er zat niets anders op dan het lampje naast zijn bed uit te klikken en zijn ogen te sluiten. Net voor hij dat deed werd er op de deur geklopt. Nog voor hij kon reageren ging de deur al open. Het was Liesbeth. Ook zij was in pyjama. Bas probeerde overeind te komen.
‘Nee, blijf lekker liggen, Sebastiaantje, het was een vermoeiende dag voor je. Ik kom je alleen even bedanken voor het koken en de koffie. En gewoon voor je gezelschap. Gewoon even welterusten zeggen. Je even instoppen.’
Ze droeg een roze pyjamajasje en -broek met een patroon van witte bloemen. De stof glom, het leek wel zijde. Haar voeten waren bloot. Ze ging zitten aan de andere kant van het bed.
‘Lig je lekker? Voel je je comfortabel? Ben je tevreden?’
Bas knikte nadrukkelijk. Hij had zich zelden tevredener en comfortabeler gevoeld.
‘Het is hier fijn, Elizabeth, dankjewel dat ik hier mag wonen.’
Liesbeth keek vriendelijk op hem neer.
‘Jongen toch, ik ben blij dat ik je dit aangeboden heb. Stel je voor, anders had ik hier vandaag alleen gezeten, had ik vast en zeker junkfood gegeten en de koffie overgeslagen. Dit is echt een win-win-situatie.’
Ze trok haar voeten omhoog en schoof ze onder het dekbed.
‘Even hoor, ik heb zulke koude voeten.’
Hij kon haar ruiken, een dronken makend melange van zeep, shampoo, conditioner, tandpasta en wasmiddel. Hij sloot zijn ogen om haar geur geconcentreerd op te snuiven en diep in zijn longblaasjes te laten neerdwarrelen. Waar het in zijn bloedbaan sijpelde en van de grootste slagaders tot in de kleinste haarvaatjes door zijn lichaam stroomde. Om eenmaal in zijn hersenpan beland, om precies te zijn in de hypofyse - klein als een erwt - spontaan hormonen aan te maken, in het bijzonder het mannelijk geslachtshormoon.
Bas sloeg zijn ogen geschrokken op: hij kreeg een erectie. In een reflex trok hij het dekbed op tot aan zijn kin. Zijn wangen gloeiden alsof ze in brand stonden.
Ondertussen kwebbelde Liesbeth maar door. Ze was onwetend van een erectie onder het dekbed. Ze wreef haar voeten over elkaar om ze warm te krijgen.
‘Koude extremiteiten, familietrekje, wij Tempeltjes hebben er allemaal last van. Vind je het erg als ik mijn voeten een beetje bij je in de buurt leg?’
Ze wachtte het antwoord niet af, maar schoof haar benen door naar de andere zijde van het bed. Bas voelde ze net onder zijn knieën. Het was prima daar. Maar de situatie bleef gek: zijn hoogleraar die haar voeten warmde bij hem in bed.
Liesbeth legde haar hoofd te rusten op het tweede kussen. Ze sloot haar ogen.
‘Doe het lampje maar uit, Sebastiaan,’ geeuwde ze, ‘tijd om te gaan slapen.’
Onrustig liet Bas zijn gedachten gaan over de situatie waarin hij verkeerde. Bleef ze hier slapen? Bleven die voeten onder zijn knieën? Was dit niet een heel merkwaardige situatie? Maar was het ook niet gezellig?
Hij knipte het lampje uit en staarde door het pikkedonker naar de plek waar Liesbeth moest liggen. Haar ademhaling was regelmatig, alsof ze al sliep. Haar voeten lagen warm tegen zijn scheenbenen. De erectie hield kloppend stand.
Midden in de nacht werd hij wakker. Vaagweg herinnerde hij zich dat hij niet alleen in bed lag. Maar toen hij zijn hand voorzichtig naar de andere kant van het matras liet glijden stelde hij teleurgesteld vast dat er niemand was. Zijn oog viel op de deuropening, door de kier viel wat licht de kamer binnen. Op een verdieping lager hoorde hij het doortrekken van het toilet. Vervolgens voetstappen op de trap en op de overloop van de zolder. Het licht verdween met het sluiten van de deur. Ze was er nog. Hij rook haar weer.
Toen Liesbeth zich uitstrekte op het matras lag ze op Bas’ uitgestrekte hand die hij vergeten was terug te trekken. Dat alsnog doen zou verraden dat hij wakker was. Waarom Liesbeth dat niet zou mogen weten was Bas niet helemaal duidelijk. In bed met je hoogleraar en je hospita was sowieso verwarrend. Zolang je sliep ging het nog, zodra je wakker was, begon het te malen. Bij Bas in elk geval wel. Helemaal op het moment dat Liesbeth zich op haar zij draaide en zijn open hand het volle gewicht van haar bovenlichaam te torsen kreeg. Hij voelde ribben, niet veel hoger moest een borst zitten.
Hij wist het niet zeker, maar het leek wel alsof hij Liesbeths oogwit kon zien. Haar adem veroorzaakte een tintelende luchtstroom die langs zijn hals gleed. Zijn hart bonsde. Dat werd erger toen hij Liesbeths vingers op zijn heup voelde. Kon het zijn dat ze in haar slaapdronkenheid bewegingen maakte waarover ze geen controle had? Van schrik liet hij zich op zijn rug glijden. Geen goede actie, omdat haar vingers van de heup op zijn onderbuik gleden. Over die onderbuik strekte zich net als eerder een erectie uit die niet viel te negeren, ondanks het flanel van de pyjamabroek. Misschien moest hij verder opzij schuiven, misschien moest hij zelf even het toilet opzoeken, zodat de herschikking van lichamen onder het aangenaam warme dekbed vanzelf tot stand zou komen.
Zijn pyjamabroek had een gulp met knopen. Vaardig en subtiel wurmde Liesbeth knoop voor knoop uit de knoopsgaten. Ze slaapt niet, dacht Bas koortsachtig, ze is wakker en dit is een welbewuste actie. Hoe meer knoopsgaten knopen prijsgaven, hoe meer zijn hart in zijn keel klopte en hoe meer zijn ademhaling versnelde. En onverklaarbaar, maar waar, terwijl de hoogleraar in stilte en duisternis secuur haar bezigheden verrichtte, verscheen Bas’ moeder voor zijn geestesoog, afkeurend schuddend met haar hoofd.
Liesbeths vingers waren koel, haar hand lag losjes over zijn erectie alsof ze zich opwarmde aan zijn verhitte vlees. Tastend gleed ze omlaag naar zijn behaarde zak waar ze zijn kloten behoedzaam kneedde. Knijpend volgde ze de stam omhoog naar de top waar ze zijn gevoelige eikel streelde. Hij kon niet voorkomen dat hem een onsamenhangend kreetje ontsnapte. Als zijn lichaam onder hoogspanning stond, dan was zijn penis een hoogspanningsmast. Het vonkte en zoemde er. Misschien dreigde er kortsluiting. Hij was maagd, ze wist toch dat hij maagd was, wat ze deed, mocht helemaal niet!
Hij schrok wakker uit zijn natte droom, hij had de volle lading in zijn pyjamabroek gespoten. Natuurlijk had hij niet hoeven voelen, maar zijn vingers gleden al door de natte kledder en nergens was een zakdoek te bekennen. Er zat niets anders op dan zijn zaad aan zijn toch al beduimelde broek te smeren. Op zijn tenen verliet hij het bed en daalde af naar de badkamer om zichzelf en zijn pyjamabroek te verschonen. Waar moest hij die broek kwijt, hij kon het waarlijk over de designradiator hangen. Die was trouwens koud. En in welk kastje had hij zijn schone pyjama’s gelegd? Het voelde dwaas om in zijn blote gat de trap naar de zolder te beklimmen. Zijn natte broek hield hij tegen zijn kruis gedrukt voor het geval dat. Maar Liesbeth sliep. En hij vond een onderbroek op de vloer voor het bed. Het duurde even voor hij de slaap weer kon vatten.
Liesbeth bracht hem een ontbijt op bed. Het was net zeven uur geweest. Ze was al aangekleed, ze droeg een nette zwarte broek en donker truitje waaruit het witte kraagje van haar bloes stak.
‘Ik moet zo gaan, maar jij mag natuurlijk nog even blijven liggen.’
Ze keek naar de natte pyjamabroek die op de grond was gevallen.
‘Had je een grotejongensongelukje vannacht?’ Ze knipoogde en boog zich voorover om Bas een kus op zijn blozende wang te geven. ‘Geeft niks lieverd, puur natuur.’
Even later hoorde Bas beneden de voordeur dichtslaan.
Zijn college zou pas aan het eind van de ochtend beginnen. Hij ontbeet, douchte en verdiepte zich in zijn boeken. De pyjamabroek droogde op de radiator in zijn kamer. Grotejongensongelukje. Ze was komisch. Maar hij bloosde alweer. Ze had alles door, professor Tempel.
Op weg naar de koffie beneden in de keuken passeerde hij de slaapkamer van Liesbeth. De deur stond op een kier. Bas stak zijn hoofd naar binnen. Het was een ruime, opgeruimde, een beetje steriele kamer. In de hoek naast een ladekast stond een passpiegel. Heel even bekeek hij zijn spiegelbeeld. Was dat een grote jongen of een aantrekkelijke man? Was wat hem vannacht was overkomen niet gewoon een aantrekkelijkemannenongelukje?
In de bovenste la vond hij Liesbeths ondergoed. Slipjes en beha’s in pastelkleuren, netjes opgevouwen en gerangschikt naast en op elkaar. Argwanend wierp hij een blik opzij naar de spiegel. De aantrekkelijke man keek neutraal, hij gaf geen afkeurende blik. Bas liet zijn linkerhand in het laatje verdwijnen en kwam terug met zacht textiel dat direct uit de plooi viel. Die had Liesbeth aan gehad, die had haar meest intieme lichaamsdelen omspand. Terwijl hij het mintgroene broekje door zijn vingers liet gaan, het naar zijn gezicht bracht en eraan rook en over zijn wangen, kin en lippen wreef, voelde hij de erectie opkomen. Blozend, zich terdege bewust van de perverse handeling, beet hij in het kruis.
In de badkamer masturbeerde hij driftig met zijn ogen dicht boven de wastafel. Hoewel het gevoel van klaarkomen lekker was, dreef direct zijn schuldgevoel naar boven. Terug in Liesbeths slaapkamer legde hij het broekje zo precies mogelijk terug. Weer zag hij zijn spiegelbeeld. De schichtige jongensblik. Was hij compleet krankzinnig geworden? Pas aan de keukentafel met een mok koffie kwam hij tot bedaren. Hij was flink over de schreef gegaan. Dat mocht nooit meer gebeuren. Zijn vader en moeder hadden hem fatsoen bijgebracht.
De dag verliep verder fijn. Hij volgde college bij Liesbeth die opnieuw in vorm was, studeerde in de universiteitsbibliotheek en had tennisles in de sportzaal op de campus. Moe maar voldaan arriveerde hij aan het eind van de middag op zijn nieuwe woonadres. Liesbeth zat aan de keukentafel en las onder het genot van een glas wijn de krant. Ze praatten over hun dag en natuurlijk over het college.
‘Fijn om van jou feedback te krijgen, Sebastiaan.’
‘Zal ik weer koken?’ vroeg Bas. En hij deed nog beter zijn best dan de vorige avond.
De avond had een rustig verloop, hospita en huurder waren verdiept in serieuze zaken. Bas zette koffie, ze dronken het ieder op de eigen kamer. Het werd vanzelf laat. Terwijl buiten de wind om het huis loeide en de regen tegen de ramen kletterde, maakten Liesbeth en Bas zich klaar voor de nacht. Bas poetste zijn tanden bij de wastafel op zolder toen Liesbeth naar boven kwam. Halverwege de trap bleef ze staan.
‘Kom je nog even kletsen bij mij in bed?’ Ze keek Bas hoopvol aan.
‘Eh, oké,’ mompelde Bas met de tandenborstel in zijn mond.
Liesbeth lag onder het dekbed te wachten op Bas’ komst. Het lampje op haar nachtkastje was het enige licht. Bas bleef aarzelend voor het bed staan. Zijn oog viel op zijn schemerachtige evenbeeld in de passpiegel. Het ladekastje ernaast verborg haar ondergoed wist hij. Zou ze zo’n pastelkleurig broekje dragen onder haar pyjama? Of droeg ze daar niets onder?
‘Kruip er maar onder, hoor. Als de kachel uit is, wordt het hier al snel fris.’ Ze sloeg het dekbed aan zijn kant opzij. Schuchter nam Bas plaats. Hij zorgde voor een flinke tussenruimte.
‘Kom wat dichterbij. Of ben je bang?’
Bas schraapte zijn keel. Zijn wangen gloeiden alweer. Hij schoof twee centimeter op.
‘Je hebt een andere pyjamabroek aan,’ stelde Liesbeth vast. ‘Is die ander al droog?’
‘Ik weet het niet,’ antwoordde Bas naar waarheid.
Liesbeth boog zich over hem heen.
‘Heb je vaak natte dromen?’ Haar ogen gingen onderzoekend over zijn hete gezicht.
Bas voelde zich ongemakkelijk. Wat moest hij daar nu op antwoorden? Vaak? Wat was vaak?
‘Wat droomde je dan vannacht?’
Bas schudde zijn hoofd, hij wist het niet, hij wist het oprecht niet meer.
‘Knoopte iemand je pyjamabroek los, of zo?’ Liesbeth lachte.
‘Relax, Sebastiaan.’ Liesbeths ogen waren vlak bij de zijne. Ze schoten heen en weer van links naar rechts.
‘Zeg het maar hardop: ik ben relaxed, ik ben heel relaxed.’
Bas slikte. Op zijn borst voelde hij haar hand. In zijn broek was de erectie terug van weggeweest.
‘Nou?’
Haar mond was vlak bij zijn gezicht. Haar adem was bedwelmend warm.
Zijn stem klonk onnatuurlijk schor door de slaapkamer. Het was dan ook een tekst die hij zelf niet zo snel zou zeggen: ‘Ik ben heel relaxed.’ Met dat hij het zei, voelde hij zich ontspannen.
Zes knopen had zijn jasje, Liesbeth maakte ze los van onder naar boven, hij telde mee en voelde hoe het textiel steeds losser om zijn borst kwam te zitten. Liesbeth trok de jaspanden opzij en liet haar warme hand over zijn koele borst gaan. Ze kon zijn bonkende hart ongetwijfeld voelen. Hoe zachter zijn lichaam werd, hoe harder zijn erectie. Hoe vaker Liesbeth zijn tepels streelde, hoe vaker zijn erectie schokte in zijn broek. Hij kon niet voorkomen dat hij kreunde. Haar vingers gleden omlaag. Haar mond was bij zijn oor.
‘Zullen we gaan slapen?’ fluisterde ze. Haar adem in zijn oor bezorgde hem kippenvel.
Zijn borst ging onbeheerst op en neer. Slapen? Bedoelde ze ontspannen liggen, je ogen dicht en in dromenland verzeild raken? Klaas Vaak ontmoeten? Stoppen met die hand? Kwam dit niet in de buurt van marteling of uitstel van executie?
Ze rolde op haar rug.
‘Morgen weer vroeg op. Er wacht een drukke dag.’ Ze knipte het lampje uit en viel bijna meteen in slaap.
Het duurde zeker een half uur, voordat Bas tot bedaren kwam. Door zijn eigen borst te strelen probeerde hij het ultieme gevoel terug te krijgen, maar het bleef weg. Zijn erectie verschrompelde. Er zat niets anders op dan zijn knopen te sluiten en ook te gaan slapen.
Bas werd wakker van Liesbeths gestommel in de badkamer. De slaapkamer was pikkedonker, maar onder de deur lekte licht naar binnen. Toen ze binnenkwam, hield hij zich slapende. Ze deed haar lampje aan. Rommelde vervolgens in de ladekast. Bas keek haar op de rug, haar naakte rug en billen. Ze maakte zich lang bij het omhoogtrekken van haar een onderbroek. In strak geautomatiseerde bewegingen deed ze haar beha aan, maakte ze het sluitinkje vast en schikte de boel. In de spiegel beoordeelde ze zichzelf. Ze boog naar het glas om haar gezicht van dichtbij te bekijken. Duwde haar borsten omhoog.
Nog geen kwartier later kwam ze binnen met het ontbijt. Ze ontstak de lamp op Bas’ nachtkastje.
‘Sebastiaan, lieverd, kijk eens wat ik voor je heb.’ Ze legde haar hand op zijn haar. ‘Eet maar lekker op. Tot vanavond.’ Ze boog voorover en fluisterde: ‘Voortaan niet zo stout gluren als ik me aankleed.’ Ze drukte een kus in zijn haar en verdween. Even later klonk het dichtslaan van de voordeur.
Bas bleef liggen met de handen onder zijn hoofd. Wie was die vrouw met wie hij nu twee nachten in letterlijke zin naar bed was geweest? Toen trok hij zijn pyjama uit en rolde op zijn buik naar de andere kant van het bed. Daar, op Liesbeths plekje, tussen de lakens die haar lichaamsgeuren afgaven, koesterde hij het verlangen met haar de liefde te bedrijven. Zijn opgewonden geslacht schuurde hij driftig langs het kreukelige onderlaken.
‘Dus je laat me helemaal alleen?’ Liesbeth keek beteuterd. Bas probeerde haar blik te negeren. Hij voelde hoe hij kleurde. De zuurkool in de pan tussen hen in dampte. Het was vrijdagavond.
‘Ik heb mijn ouders al even niet gezien.’ Bas’ stem klonk zacht.
‘Ach, kom, vorig weekend toch nog! Ik had me zo verheugd op een weekend met jou! Lekker uitslapen, ontbijt op bed, de krant lezen, in bad. Sámen in bad. Je ouders lopen toch niet weg!’
Bas kuchte. ‘Mijn moeder is jarig.’ Hij sloeg zijn ogen neer. Samen in bad? Zei ze dat echt?
‘O, echt, dat wist ik niet, lieverd. Maar ga dan alleen zaterdag, lever je cadeautje af, eet een taartje en kom dan weer terug.’ Ze schepte op en sneed de rookworst in twee.
Ze lag nog te slapen toen hij vertrok. Tot diep in de nacht hadden ze gekletst. Voornamelijk Liesbeth was aan het woord geweest. Ze hadden gezellig tegen elkaar aan gelegen in Bas’ bed, Bas wederom met een erectie. Ze moest op enig moment hebben gevoeld dat hij een stijve had, misschien dat hij haar buik had geraakt.
Ze zei: ‘ Je hebt een erectie, Sebastiaan.’ Het was een neutrale constatering.
Hij schaamde zich. Die stijve suggereerde dingen, hij wilde niks suggereren, alleen maar gezellig terug kletsen.
‘Het is niet erg, lekkere man, mannen hebben dat nu eenmaal. Laat het gebeuren.’
Ze had hem een zoentje op zijn neus gegeven. ‘Of is het een speciale erectie, een erectie voor mij? Dat zou bijzonder schattig zijn.’ Ze zoende zijn hals.
Voor wie anders, lieve Elizabeth, dacht hij, voor wie anders?
Bij zijn ouders thuis was veel visite over de vloer, familie, vrienden, buren. Het was fijn om zijn moeder vast te houden en te kussen. Hij had de liefste moeder van de wereld. Ze kneep hem in zijn wangen en streek met haar hand door zijn haar. 49 was ze nu, maar ze zag er veel jonger uit. Nog geen grijze haar te bekennen, nauwelijks rimpels.
‘Druk al,’ zei hij.
‘Gezellig, hè, en Rosalien komt ook.’
Het was logisch dat die zou komen, ze kwam al jaren bij hen over de vloer. Toch overviel hem de aankondiging. Hij was haar eerlijk gezegd een beetje vergeten. Ze zat als het ware verscholen achter de prominente gedachten aan Liesbeth.
In de kamer vol gasten omhelsde hij zijn vader.
‘De verloren zoon!’ riep een oom.
‘Onze Bas wordt een echte wetenschapper,’ introduceerde zijn vader hem. ‘Hij heeft potverdikkies les van de bekende professor Liesbeth Tempel. Sterker nog, hij woont bij haar in huis.’
‘Ja, ja,’ riep de buurman, ‘straks ga je me nog vertellen dat ze samen eten.’
En we slapen samen, dacht Bas. En ze weet dat ik erecties heb.
Rosalien zag er prachtig uit met haar glanzende blonde haren. Ze kuste Bas bij het feliciteren en kwam naast hem in de kring zitten. Ze hielden elkaars hand vast. Het voelde onwennig en vreemd. Het woord ‘overspel’ dook nadrukkelijk op in zijn hoofd. Weer dacht hij aan Liesbeth, een vervreemdende gedachte temidden van de groep mensen die hij zijn leven lang al kende. Hij dacht aan het zinnetje dat Liesbeth had gezegd: ‘We gaan samen in bad.’ Hij trok zijn hand uit die van Rosalien.
In de keuken bekeek hij zijn telefoon. Er waren vier berichten van Liesbeth, allemaal van gelijke strekking: kom gauw weer terug, ik ben alleen.
‘Ga je mee even naar buiten,’ vroeg Rosalien.
Ze wandelden om de boerderij, over het erf, door het lege weiland, over het paadje langs de sloot. Ze spraken slechts het broodnodige. Achter de knotwilgen die het land begrensden hielden ze stil. Rosalien stak haar hand in haar jaszak.
‘Kijk,’ zei ze. Ze glimlachte schuchter. ‘Voor morgenmiddag, het moet er maar een keertje van komen.’
Bas bloosde. In haar hand had ze een condoom. Dit had hij nooit achter Rosalien gezocht.
‘Waar is Rosalien?’ vroeg zijn moeder toen hij de keuken weer binnenkwam.
Bas schudde zijn hoofd.
‘Is ze alweer naar huis? Ik heb soep en broodjes, ik dacht... Is er iets voorgevallen tussen jullie. Je ziet bleek, jongen.’
‘Nee, niks. Ik kan zelf trouwens ook niet lang blijven. Tentamens, een essay schrijven. Dus.’
Na de soep en broodjes vertrok hij naar de bushalte. Zijn vader en moeder keken hem hand in hand na vanachter het keukenraam.
Later, in de trein, trok er een pittige bui over met hagel en natte sneeuw. Het druipende coupéraam bracht hem terug bij de tranen die Rosalien geplengd had.
‘Waarom maak je het uit?’ had ze snikkend gevraagd. Het condoom in haar hand had niet misplaatster kunnen zijn als op dat moment. Het zou niet gebruikt worden, al helemaal niet met Bas. Hij keek langs haar heen met tranen in zijn ogen.
‘Er is een ander,’ mompelde hij.
Rosalien rende zonder iets te zeggen bij hem vandaan, sprong op haar fiets en reed staande op de pedalen de dijkweg op.
Door Rosalien de bons te geven had hij een begin gemaakt met een ongewisse toekomst in de liefde. Hij mocht Liesbeth dan adoreren, ze was eigenlijk veel te oud. Rosalien kende hij al heel zijn leven, en nu had hij haar aan de kant gezet als een zak die mee kon met de vuilnisauto. Hij slikte zijn tranen weg. Hopelijk zou Liesbeth hem troosten. Het was onvermijdelijk dat hij haar bij thuiskomst zou vertellen wat er was voorgevallen. Dat zij daar alles mee te maken had. Wat hij voor haar voelde. En het was echt niet alleen zijn aanhoudende hunkering naar intiem contact met haar.
Bij binnenkomst sprong Liesbeth hem om de hals en kuste hem in zijn gezicht. Ze leek wel een dolenthousiaste hond die haar baasje weer zag.
‘Sebastiaan, oh, Sebastiaan, ik heb je zo gemist. Ik zo blij dat je terug bent.’
Bas verborg zijn gezicht in haar geurende krullen. ‘Ik ook,’ fluisterde hij, ‘ik ook.’
‘Kom, kom naar boven, ik zet het bad aan, gaan we samen in bad. Lijkt je dat leuk, lieve Sebastiaan, lijkt je dat fijn, lijkt je dat lekker, met mij in bad?’
Als een klein kind holde ze de trap op. Bovenaan keek ze naar beneden.
‘Kom dan, Sebastiaantje.’ En weg was ze weer. Vooruitgesneld naar de badkamer. Toen Bas de treden beklom kon hij het spetteren van het water al horen. Natuurlijk leek het hem fijn en lekker. Maar vooral ook spannend. Nog nooit was hij met iemand anders in bad geweest, laat staan met een vrouw. Hij moest denken aan zijn moeder die hem vroeger douchte. Totdat ze zei dat hij groot genoeg was om het zelf te doen. Hoe oud was hij toen, tien, elf?
Op de overloop kwam hij Liesbeth weer tegen.
‘Kom, we kleden ons uit in mijn slaapkamer. Pakken we meteen twee schone handdoeken.’
Bas liet zich gewillig meenemen. Daar stond hij dan, in Liesbeths kamer. Ze sjorde wild en onhandig haar trui over haar hoofd, alsof ze haast had. Haar hoofd kwam rood en haar kapsel verwilderd tevoorschijn. De trui gooide ze op het dekbed.
‘Nou, waar wacht je op?’
Bas besefte dat zijn houding veel te afwachtend was. Terwijl Liesbeth in twee seconden haar bloes had losgeknoopt, prutste hij aan een onwillig knoopje van zijn overhemd.
In twee stappen stond Liesbeth voor hem, letterlijk in haar hemd. Voordat Bas het wist, opende ze zijn broekriem, maakte zijn knoop los en ritste zijn gulp omlaag. In één ruk gleed niet alleen zijn spijkerbroek naar beneden, maar ook zijn onderbroek. De slippen van zijn overhemd konden zijn erectie niet verhullen.
‘Je bent al stijf,’ giechelde Liesbeth. Ze opende Bas’ overhemd van boven naar onder, zodat er weinig meer te raden over viel. Zonder opzet stootte Liesbeth met haar hand tot twee keer toe tegen zijn stramme geslachtsdeel. Haar glimlach leek voor verontschuldigend door te gaan. Maar in de toestand waarin Bas was beland was niets meer zeker. Feit was dat zijn wangen nog feller gloeiden dan anders.
Met kloppend hart aanschouwde hij Liesbeths ontklede lichaam. Anders dan hij leek ze geen schroom, geen schaamte te hebben. Ze kwam heel dicht tegen hem aan staan, zijn erectie ingeklemd tussen hun buiken. Hun ogen waren op gelijke hoogte. Bas sloot ze en voelde Liesbeths lippen op de zijne. Haar tong duwde zijn boven- en onderlip uit elkaar, zijn tanden weken, ze verkende zijn mondholte, hij voelde hoe haar tong in en uit gleed.
‘Kom.’ Ze trok hem mee de kamer uit, de badkamer in. Het bad was al behoorlijk vol, de tegeltjes en de spiegel waren beslagen. Het water geurde zoet, er sloeg damp vanaf. Liesbeth zette aarzelend haar linkerbeen in het water, Bas stond achter haar. Wat was ze mooi, zijn Elisabeth, met haar zandloperfiguurtje, haar prachtige ronde billen, haar gave huid. Daar zakte ze onder in het klotsende badwater, ze keek naar hem omhoog, heel even bleef haar blik hangen op zijn opgewonden geslachtsdeel.
‘Kom erin, lekker neukvriendje van me. Dit is zalig.’
Ze schikte zich rugwaarts in zijn armen. Hun natte gladde lijven gleden langs elkaar.
‘Hou mijn borsten vast,’ fluisterde Liesbeth. Hij deed wat hem geboden werd. Haar borsten waren rond, zacht en stevig. Aanvankelijk hield hij ze voorzichtig van onderen vast, maar ze pakte zijn handen en deed voor hoe ze het wilde. Hij wreef haar tepels die zacht in zijn handpalmen lagen. Vrouwenborsten, was er iets mooiers dan dat? Als kind had hij ze gezien bij zijn moeder, als ze zich waste bij de wastafel in de slaapkamer. Washandjes met koud water en zeep, zo deed ze het. Ook al was hij nog een basisschoolkind, die taferelen bezorgden hem erecties. Hij kende de functie van de stijve piemel nog niet, maar het voelde heerlijk.
In eerste instantie lag Liesbeth rustig tegen hem aan, stil genietend van de opwindende werking van Bas’ strelen, haar handen rustend op haar onderbuik. Hoe langer Bas ermee doorging hoe vaker haar handen in haar kruis verdwenen. Ze maakte haar rug hol en kantelde haar hoofd achterover, zodat Bas haar lange slanke hals kon kussen. Dat wond haar blijkbaar nog meer op, want haar vingers maakten onafgebroken wrijvende bewegingen tussen de benen. Zo deed een vrouw dat dus, de equivalent van aftrekken. Het badwater was helder genoeg om te zien dat ze haar vingers naar binnen stak. Bas vroeg zich af hoe stijver zijn erectie nog kon worden.
Liesbeths opwinding leidde tot ongecontroleerde bewegingen. Ze leek nog het meest op een pas gevangen vis die kronkelend aan de vislijn hing. Het water klotste over de rand van het bad. Ze hijgde en kreunde. Haar vingers rosten flink langs haar schaamlippen.
‘Grijp mijn tieten vast, pak ze stevig beet, doe het, doe het!’ De klank van haar stem was zo anders dan normaal. Haar doen zo onbeheerst. Bas moest denken aan een klasgenoot op de middelbare school die een epileptische aanval kreeg tijdens Duits. Het had er naar uitgezien. Dit was net zo bizar, maar het was het tegenovergestelde van naar. Voor Bas zelf al, laat staan voor Liesbeth die in trance masturbeerde alsof haar leven ervan afhing.
Haar orgasme ging met onstuitbaar lawaai en ongecontroleerde bewegingen gepaard. Het leek alsof ze los wilde breken uit Bas’ omklemming. Tien, misschien wel twintig seconden was hij getuige van haar spartelingen, schokken en haast dierlijke gejank. Zo heftig had hij een vrouwelijke climax niet ingeschat. Maar wat had hij er ook voor verstand van? Wat wist hij van de seksuele beleving van vrouwen? Het enige wat hij van seksualiteit wist, was het fijne gevoel dat hij ervoer als hij zelf klaarkwam. Dat kon ook heftig zijn.
Eindelijk keerde de rust terug in Liesbeths lijf. Ze lag onderuitgezakt met haar lippen net boven water.
‘Dat was zo verdomd lekker, dat was zo godsgruwelijk heerlijk, dat moet je voelen om het te begrijpen.’ Haar ademhaling was nog steeds snel. De oppervlakte van het badwater golfde zachtjes heen en weer. Liesbeths rug drukte zachtjes op Bas’ erectie.
Ze kletsten tot het water begon af te koelen. Liesbeth was door haar seksuele escapades totaal ontspannen. Bas’ aanhoudende erectie leek een beetje overbodig te zijn geworden, maar hij kon het niet helpen dat zijn penis zijn eigen leven leidde. Hij zat ook niet elke dag in bad met de mooiste en lekkerste hoogleraar van Nederland. Maar die overbodigheid bleek niet waar.
‘Lekkertje, jij verlangt toch ook naar intimiteit? Jij zou toch heel graag met mevrouw Tempel de liefde willen bedrijven? Want mevrouw Tempel zou heel graag wippie wippie willen doen met stoute Sebastiaan. Met zijn grotemannenerectie. Nou?’
Bas knikte. Misschien iets te gretig, bedacht hij, maar zijn beheersing kon niet eeuwig standhouden.
Liesbeth ging druipend rechtop staan. Vanuit zijn zittende positie had Bas zicht op Liesbeths vagina. Hij vermoedde dat het niet zo beleefd was daar naar te staren, maar om haar gezicht te zien moest zijn blik daar wel langs. Evenals langs haar borsten die er van onderaf schitterend uitzagen.
‘Luister, lieverd, we doen een spelletje. Ik krijg twintig tellen om me ergens in huis te verstoppen en jij moet me zoeken. Waar je me vindt, daar gaan we het doen. Goed?’
Ze stapte druppelend uit bad en weg was ze, bloot als ze was, Bas in verwarring achterlatend in het lauwe water.
Naakt verstoppertje spelen met de professor landbouwtechnologie en biodiversiteit, kon zijn leven nog gekker worden? Na twintig ongeduldige tellen klom Bas uit het bad en knoopte een handdoek om zijn middel waarin zijn erectie zich aftekende als een onnatuurlijke punt. Hij zou haar zoeken en hij zou haar vinden. Liefst op een plek waar het fijn, warm en zacht was om te liggen. Zijn bed? Daar lag ze, vast en zeker. Hij rende de zoldertrap op, zijn erectie achterna. Zijn bed was leeg. Ook eronder lag Liesbeth niet. Hij doorzocht elk plekje, zelfs achter het luik waar rommel lag, maar vond Liesbeth niet.
Ook was ze niet in haar eigen slaapkamer, niet in haar werkkamer, niet in de kamer met de strijkplank en het wasgoed, niet in het hok met de wasmachine en de droger. Bas spitste zijn oren. Hoorde hij beneden wat kraken? Op zijn tenen daalde hij de trap af en sloop door de gang. De keuken was leeg, evenals de woonkamer. Achter de deur van de wc hoorde hij gerucht. Hij duwde de kruk omlaag en opende voorzichtig de deur.
‘Zo, Bas, jij durft, met alleen een handdoekje om.’
Hij stond tegenover een van zijn medebewoonster in de studentenflat, Astrid of zo, of Karin. Een beetje bitcherig kind met een schelle stem. Populair bij de andere mannelijke bewoners. Zo snel hij kon, dook hij zijn kamertje binnen. Had ze zijn erectie gezien? Dat kon haast niet. Hij trok zijn handdoek weg. Onderaan zijn buik richtte zijn stijve zich op als een hoogspanningsmast. Bas liet zijn hand van boven naar beneden glijden. En nog een keer, en nog eens. Ze zou hem eens moeten zien, die Astrid of Karin, hoe stijf hij was, hoe opgewonden. Hij haalde zich Liesbeth Tempel voor de geest. Straks zou hij bij haar in het college zitten. Die vrouw was zo lekker. Hij trok en rukte. Steeds wilder, steeds fanatieker. Daar kwam het al, aaaaah, wat was dat lekker. Met mevrouw Tempel in bed, of in bad, maar altijd in haar intiemste delen. Als hij daaraan dacht waren zijn orgasmes zo verschrikkelijk geil. Het was een verslaving. Hij kon het niet laten.
Even voor tien uur nam hij plaats in de collegebankjes. Hij zat graag vooraan, dan kon hij haar het beste zien. Daar kwam ze al, Liesbeth Tempel, hoogleraar landbouwtechnologie en biodiversiteit. Zoals gewoonlijk zorgvuldig opgemaakt en prachtig gekleed. Bas hield van haar jurken en rokken. In zijn fantasie had hij daaronder al talloze keren gebivakkeerd. Vandaag moest hij haar na afloop van het college echt dat compliment een keer maken. Over haar prachtige verschijning, maar vooral ook over de interessante colleges. Kijk dan, wat een prachtige borsten er onder die jurk zaten.
Zijn telefoon piepte. Een appje van Rosalien.
‘Ben je komende zondag bij je ouders? Zullen we dan gaan wandelen langs de rivier?’
‘Ik denk het wel,’ schreef hij terug.
Het kon natuurlijk zijn dat de professor met hem in bad wilde. Of met hem naar bed. Dat ging natuurlijk wel voor. Hij wilde Rosalien niet verwaarlozen, maar als mevrouw Tempel riep, dan moest hij daar wel gehoor aan geven.
Reactie plaatsen
Reacties
Vintage Vanille !
Love it :)